Horeca

Om een horecazaak te kunnen starten in Lummen dien je een aantal procedures te volgen die vermeld staan in het horecareglement van Lummen. Hieronder wordt uiteen gezet wat je allemaal moet doen om in orde te zijn en op een reglementaire manier een horecazaak uit te baten.

Vooreerst dient nagegaan te worden of het pand al dan niet vergund is voor de uitbating van horeca. 

Een stedenbouwkundige vergunning is nodig bij:

  • bouwen of verbouwen (zowel binnen als buiten het gebouw);
  • voor functiewijziging van een gebouw (bijvoorbeeld wijzigen van woning naar horeca) of de wijziging van het aantal woongelegenheden;
  • voor de afbraak van gebouwen, het rooien van hoogstammige bomen;
  • voor de plaatsing of wijziging van terrassen, publiciteitsinrichtingen, reclameborden, …

De voorschriften voor brandveiligheid vindt men terug in het provinciaal horecareglement van de Limburgse hulpverleningszones zoals goedgekeurd in de Zoneraad van de Hulpverleningszone Zuidwest-Limburg. Bovendien dient er rekening gehouden te worden met de bepalingen uit het gemeentelijk reglement inzake de vestiging en uitbating van de horecagelegenheden en specifieke inrichtingen op het grondgebied van de gemeente Lummen.

De voorschriften regelen de minimale eisen waaraan de opvatting, de bouw en de inrichting van horecazaken en gelijkaardige inrichtingen moet voldoen om:

  • het ontstaan, de ontwikkeling en de voortplanting van brand te voorkomen;
  • de veiligheid van de aanwezigen te waarborgen;
  • preventief het ingrijpen van de brandweer te vergemakkelijken.

De voorschriften beogen dus in de eerste plaats de brandveiligheid in de publiek toegankelijke ruimten te verbeteren en de preventie ervan op uniforme wijze te organiseren met het oog op een efficiënte werking van de hulpverlening.

Wat zijn publiek toegankelijke inrichtingen?

Gebouwen, lokalen of plaatsen, die gewoonlijk voor het publiek toegankelijk zijn, ook al wordt het publiek er slechts onder bepaalde voorwaarden (kosteloos, tegen betaling of op vertoon van een lidkaart) toegelaten.

Advies van de brandweer

Indien je een pand op het oog hebt, en je hebt op de dienst ruimtelijk ordening geïnformeerd naar de stedenbouwkundige vergunningen/voorschriften, is het best dat je ook advies vraagt aan de preventiedienst van de hulpverleningszone Zuid-West Limburg. Zo kan je een juistere inschatting maken over de haalbaarheid en de kosten die gepaard gaan om de inrichting volledig in overeenstemming te brengen met de brandveiligheidsvoorschriften. Dit advies kan je zelf aanvragen aan de preventiedienst van de brandweer via het e-loket: https://www.zuidwestlimburg.be/wat-kunnen-we-voor-je-doen/brandpreventie/adviesaanvraag

Wanneer zijn de voorschriften rond brandveiligheid van toepassing en wat zijn de formaliteiten

Bij elke wijziging van exploitatie of exploitant, bij transformatie- of renovatiewerken, vernieuwing van de binneninrichting, bij wijziging van de netto-vloeroppervlakte, bij bestemmingswijziging en bij elke wijziging die de brandveiligheid kan beïnvloeden, dient voorafgaandelijk een brandveiligheidsverslag aangevraagd te worden bij de burgemeester.

Inzake het nazicht met het oog op een brandveiligheidsverslag zijn vooral onderstaande elementen van belang:

  • Het maximaal aantal toegelaten personen (wordt bepaald aan de hand van de volgende criteria):
    • de netto-vloeroppervlakte van de inrichting
    • het aantal uitgangen
    • de nuttige breedte van de uitgangen en evacuatiewegen

 

  • Evacuatie en compartimentering
    • de inrichting dient gecompartimenteerd te zijn van woongedeelten met overnachtingsmogelijkheden, ongeacht deze in gebruik zijn door uitbater en/of derden.
    • In functie van de bezetting en de configuratie van de inrichting kan door de brandweer het aantal compartimenten verhoogd worden.

 

  • Voorschriften inzake constructie van compartimenten en evacuatiewegen: hierin wordt bouwtechnisch verklaard aan welke voorwaarden een compartimentering moet voldoen met onder andere een omschrijving van trappen, plafonds en wanden.

 

  • Onderhoud en periodieke controles:
    • de uitbater laat op zijn verantwoordelijkheid periodiek de nodige keuringen, onderzoeken en controles uitvoeren.
    • Het betreft controles en vaststellingen van technische uitrustingen zoals liften, elektrische installatie, veiligheidsverlichting, branddetectie-installatie, alarm, verwarming, klimaatregeling, gasinstallatie en brandbestrijdingsmiddelen.

Wat gebeurt er na de brandveiligheidscontrole?

De preventiedienst van de brandweerzone Zuid-West Limburg, stuurt het verslag van hun bevindingen naar de burgemeester en naar de (toekomstige) exploitant. Hierin zijn al dan niet een aantal opmerkingen geformuleerd waaraan zo vlug mogelijk voldaan dient te worden (voor de opening). Indien aan deze opmerkingen voldaan is, wordt de brandweer opnieuw uitgenodigd om de nodige vaststellingen te komen doen.

Op basis van het brandveiligheidsverslag kan door de burgemeester een brandveiligheidsattest afgeleverd worden:

  • Brandveiligheidsattest A (gunstig)
  • Brandveiligheidsattest B (voorlopig attest, voorwaardelijk gunstig met opmerkingen)
  • Brandveiligheidsattest C (ongunstig, horecazaak mag niet opengaan)

Na het afleveren van een brandveiligheidsattest zal de gemeente een horecamap ter beschikking stellen aan de uitbater van de zaak. Deze horecamap dient altijd ter beschikking te zijn bij een eventuele controle. De horecamap bevat volgende documenten:

  • De uitbatingsvergunning
  • De drankvergunning (indien van toepassing)
  • Het brandveiligheidsverslag van de brandweer
  • Het brandveiligheidsattest, ondertekend door de burgemeester
  • Het verzekeringsattest burgerlijke aansprakelijkheid in geval van brand en ontploffing
  • Het attest FAVV (indien van toepassing)
  • De kansspelvergunning (indien van toepassing)

Deze verplichte verzekering dekt de objectieve aansprakelijkheid zowel voor lichamelijke als voor de stoffelijke schade die aan derden wordt veroorzaakt door een brand of ontploffing en dit onverminderd het gewone verhaal op de personen die aansprakelijk zijn voor het schadegeval.

Het KB van 28 februari 1991 bepaalt welke zaken onder welke voorwaarden onder de toepassing van de verplichte verzekering objectieve aansprakelijkheid vallen, onder meer:

  • de dancings, discotheken en alle openbare gelegenheden waar gedanst wordt
  • de restaurants, frituren en drankgelegenheden wanneer de totale oppervlakte ten minste 50 m² bedraagt
  • de hotels en motels met tenminste 4 kamers, die ten minste 10 klanten kunnen ontvangen.

Bij het afsluiten van de verzekering moet de verzekeraar een attest afleveren aan de verzekerde inrichting. Een kopie van dit attest moet door de verzekeraar gestuurd worden aan de burgemeester van de gemeente waar de inrichting gevestigd is. Na het beëindigen van de polis door beëindiging, nietigverklaring, opzegging of schorsing, is de verzekeraar verplicht de burgemeester hiervan in kennis te stellen per aangetekende brief.

Indien je voedingsmiddelen serveert in je zaak, dien je dit aan te geven bij het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV). De toelating van het FAVV dient op een van buitenaf zichtbare plaats opgehangen te worden.

Als je in je horecazaak gegiste (bier, wijn,…) of sterke dranken (gin, whisky, cocktails,…) wil schenken, dien je een drankvergunning aan te vragen.

De voorwaarden om een drankvergunning te verkrijgen zijn tweeledig:

Moraliteitsvoorwaarden

De controle op de moraliteitsvoorwaarden gebeurt op basis van een uittreksel uit het strafregister (uittreksel strafregister model 596.1, met het oog op het verkrijgen van een drankvergunning). Dat attest moet aangeleverd worden door:

  • de uitbater
  • de eventuele zaakvoerder of zijn aangestelde
  • de inwonende personen die in de uitbating zouden kunnen deelnemen.

Als de uitbating in handen is van een vennootschap moeten alle medezaakvoerders een attest kunnen voorleggen. De moraliteitsvoorwaarden zijn persoonsgeboden.

Het uittreksel uit het strafregister kan online aangevraagd worden via de gemeentelijke website.

Hygiënevoorwaarden

De hygiënevoorwaarden voor een vaste drankgelegenheid hebben betrekking op:

  • een minimale hoogte van 2,75 meter en minimaal 90 m³ inhoudsruimte
  • een goede toegankelijkheid
  • voldoende gescheiden toiletten
  • een goede verlichting voor een optimale zichtbaarheid
  • een goed verwarmingssysteem voor een aangename gevoelstemperatuur
  • voldoende verluchting
  • de naleving van de geldende rookreglementering.

De controle hieromtrent wordt uitgevoerd door de gemeentelijke preventie- en noodplanningsambtenaar.

Wanneer zowel aan de moraliteitsvoorwaarden als aan de hygiënevoorwaarden voldaan werd, zal er een drankvergunning afgeleverd worden. Meestal wordt deze vergunning in combinatie met de uitbatingsvergunning afgeleverd.

Nieuwsbrief

Schrijf je in en ontvang het laatste nieuws uit Lummen in je inbox